eWZC PAD-02: Home’Link Apotheek v. 2
Beschrijving interface Doseerlink
versie 1.1a
Inhoudstafel
1. Inleiding. 3
2. Description process en XML-layout opmaak bestelling. 4
2.1 Beschrijving proces. 4
2.2 Beschrijving layout conform de MultidoseExport.v1.1.XSD.. 5
1. Inleiding
Het doel van dit proces is om doseerschema’s van instellingen (bv. WZC’s) te versturen via eHealthBox en vervolgens te importeren in het standaard apotheekpakket. Hierdoor kan de apotheek het doseerschema gebruiken om vanuit de apotheeksoftware klaar te zetten of het bestand aanmaken voor de verdeelkast.
We noemen dit “Doseerlink”. De Doseerlink maakt deel uit van het Home’Link Apotheek v2 protocol. De Home’Link omvat alle interface protocollen tussen instelling en apotheek. Het is de tweede versie van het protocol dat initieel in 2007 gelanceerd werd, waarbij naast functionele uitbreidingen ook de beveiligde communicatie van deze medische patiënten gegevens belangrijk is. De Vlaamse overheid en alle Vlaamse beroepsfederaties hebben in het roadbook voor de informatisering van WZC het belang van beveiligde elektronische communicatie tussen zorgactoren toegelicht en de financiering van het eWZC project Pad-02 gekoppeld aan het gebruik van de eHealthbox.
De instellingen houden per apotheker bij of de schema’s elektronisch worden verstuurd en naar welke eHealthID ze verstuurd moeten worden. De naamgeving van de bestanden en het type wordt gebruikt om te herkennen welke bestanden opgehaald mogen worden.
De apotheker neemt initiatief vanuit zijn pakket om de schema’s op te halen. Dit gebeurt op basis van de herkenning op naam van de beschikbare bestanden. In de naam zit het type verwerkt via 2 karakters (MD (=multidose) voor doseerschema’s), identificatie rustoord en identificatie apotheker.
2. Description process en XML-layout opmaak bestelling
2.1 Beschrijving proces
Als bestandformaat werd gekozen voor XML met UTF-8 encoding, volgens MultidoseExport.XSD.
Bestandsnaam:
De interface bestanden hebben steeds een naam volgens de volgende structuur:
bbbbbbbbbbbbbbbb_zzzzzzzzzzzzzzzz_yyyymmddhhmmss_tt.xml
waarbij
bbbbbbbbbbbbbbbb (11 of 16) = bestemmeling (als rusthuis 16, als apotheek 11 lang[1])
zzzzzzzzzzzzzzzz (11 of 16) = afzender (als rusthuis 16, als apotheek 11 lang*)
yyyymmdd = datum van de transactie
hhmmss = tijdstip van de transactie
tt = type transactie, dus voor de doseerschema’s steeds MD.
Bij het versturen via eHealthBox wordt een functioneel type meegegeven. Voor de doseerschema’s is dit HL-MD-X (wat staat voor HomeLink MultiDose Xml). (als je de TXT files die rechtsreeks in de HDmedi robot wordt ingelezen, gebruiken we HL-MD-T)
2.2 Beschrijving layout conform de MultidoseExport.v1.1.XSD
2.2.1 Multidose
Sectie noodzakelijk: Ja
Beperking: 1 per file, dit is het root element.
Fieldname | Type | Nederlands | verplicht | max. Lengte | Type | Beschrijving |
SenderNr | Simple | NummerAfzender | Ja | 16 | A | Identificatienr afzender. Dit zijn de identieke 16 karakters als gebruikt in de naamgeving. Links aanvullen met ‘0’. Spaties en tekens moeten hieruit gehaald worden. Is RIZIV nummer van het rustoord |
SenderName | Simple | NaamAfzender | Ja | 35 | A | Naam instelling |
ReceiverNr | Simple | NummerBestemmeling | Ja | 16 | A | Identificatienr afzender. Dit zijn de identieke 16 karakters als gebruikt in de naamgeving. Links aanvullen met ‘0’. Spaties en tekens moeten hieruit gehaald worden. Is APB nummer van de apotheek. |
ReceiverName | Simple | NaamBestemmeling | Ja | 35 | A | Naam apotheek |
CreationDateTime | Simple | CreatieDatumUur | Ja | 14 | N | YYYYMMDDHHMMSS |
StartDate | Simple | StartDatum | Ja | 8 | N | YYYYMMDD |
EndDate | Simple | EindDatum | Ja | 8 | N | YYYYMMDD |
SortOrder | Simple | Sortering | Nee | 70 | A | Bepaalt de sortering waarop het doseerschema moet verwerkt worden. Zie hieronder. |
Patients | Complex, zie 2.2.2 |
| Ja |
|
|
|
SortOrder: In deze tag bepaalt men de sortering waarop het bestand dient verwerkt te worden. Dit is vooral van belang als men met een verdeelkast werkt en men vanuit de apotheeksoftware een nieuw bestand aanmaakt die de verdeelkast zal aansturen. De meegegeven sortering zal de volgorde van de aanmaak van de zakjes bepalen. In principe is de instelling master van de sortering als deze wordt meegeven. De inhoud van dit veld bestaat uit max 7 komma-gescheiden delen, gaande van Location1 tot Location5, plus Date en Hour. In de velden Location1 tot 5 in de sectie <Patient> kunnen 5 mogelijke niveaus van locatie bepaald worden. Date en Hour verwijzen naar <AdministrationDate> en <AdministrationHour> uit de sectie <Administration>.
vb. Location1=Gebouw A, Location2=1e verdieping, Location3=Sectie 1, Location4=101 (kamernummer), Location5=A (Bed A).
Stel dat het bestand in de volgende sortering moet verwerkt worden: Verdieping, Kamer, Bed, Datum, Uur, dan zal <SortOrder> als volgt ingevuld moeten worden: “Location2, Location4, Location5, Date, Hour”. Men is dus niet verplicht om de 5 locations te gebruiken. Date en Hour moeten niet noodzakelijk achteraan staan.
Als <SortOrder> niet is ingevuld of meegegeven zal de apotheeksoftware de sortering moeten bepalen.
2.2.2 Patients
Sectie noodzakelijk: Ja
Beperking: 1 per file
Uitleg: Hierin worden alle patiënten (residenten) geplaatst, waarvoor een doseerschema wordt doorgegeven.
Fieldname | Type | Nederlands | verplicht | max. Lengte | Type | Beschrijving |
Patient | Complex, zie 2.2.3 |
| Ja |
|
|
|
2.2.3 Patient (Resident)
Sectie noodzakelijk: Ja
Beperking: elke resident komt 1x voor
Fieldname | Type | Nederlands | verplicht | max. Lengte | Type | Beschrijving |
Id | Simple | Id | Ja | 20 | A | Volgnr patiënt(interne nummering bij afzender). Possible values : NISS of the patient or INAMI of the home |
Name | Simple | Naam | Ja | 48 | A | Naam patiënt |
Firstname | Simple | Voornaam | Ja | 24 | A | Voornaam patiënt |
HomeId | Simple | HomeId | Nee | 20 | A | ID die in de instelling gebruikt wordt. |
Location1 | Simple | Locatie1 | Nee | 40 | A | Hoogste niveau om de locatie te bepalen (bvb Gebouw A) |
Location2 | Simple | Locatie2 | Nee | 40 | A | 2e niveau om de locatie te bepalen (bvb 1e verdieping) |
Location3 | Simple | Locatie3 | Nee | 40 | A | 3e niveau om de locatie te bepalen (bvb Sectie 1) |
Location4 | Simple | Locatie4 | Nee | 40 | A | 4e niveau om de locatie te bepalen (bvb Kamernummer) |
Location5 | Simple | Locatie5 | Nee | 40 | A | 5e niveau om de locatie te bepalen (bvb Bed A) |
Birthdate | Simple | Geboortedatum | Nee | 8 | N | YYYYMMDD |
DoctorName | Simple | NaamDokter | Nee | 40 | A | Naam behandelende dokter van de resident |
DoctorMedRegNr | Simple | RizivNrDokter | Nee | 16 | A | Riziv nummer van de behandelende dokter (verplicht als NaamDoktor is meegegeven) |
ShortStay | Simple | Kortverblijf | Nee | 1 | N | 0 = resident is niet opgenomen in kortverblijf 1 = resident is wel opgenomen in kortverblijf |
PatientUnidose | Simple | PatientUnidose | Nee | 1 | N | 0 of 1 (1= voor deze resident mogen meerdere medicamenten in hetzelfde zakje worden gestoken) |
PatientUnidosePacket | Simple | PatientUnidosePacket | Nee | 1 | N | 0= voor de maaltijd 1= tijdens de maaltijd 2= na de maaltijd Is voor alle medicamenten van deze patient |
Products | Complex zie 2.2.4 |
| Ja |
|
|
|
2.2.4 Products
Sectie noodzakelijk: Ja
Uitleg: komt 1x per patient voor
Fieldname | Type | Nederlands | verplicht | max. Lengte | Type | Beschrijving |
Product | Complex, zie 2.2.5 |
| Ja |
|
|
|
2.2.5 Product (medicament)
Sectie noodzakelijk: Ja
Uitleg: Dit zal voor elk medicament dat in het doseerschema voorkomt herhaald worden.
Fieldname | Type | Nederlands | verplicht | max. Lengte | Type | Beschrijving |
ProductId | Simple | CNK | Ja | 20 | N | CNK van het medicament of nr toegekend door apotheek voor magistrale bereidingen. Voor bereidingen moet Speciality steeds op 0 staan |
ProductIdHome | Simple | IdMedicament | Ja | 20 | A | Id medicament gebruikt in software instelling |
Speciality | Simple | Specialiteit | Ja | 1 | N | 0= magistrale bereiding 1= product met CNK |
Description | Simple | Omschrijving | Ja | 120 | N | Omschrijving medicament |
Formula | Simple | Formule | Nee | Memo | N | Formule medicament voor magistrale bereidingen |
TabletUnidose | Simple | TabletUnidose | Nee | 1 | N | 0 of 1 (1= dit medicament mag met andere medicamenten in hetzelfde zakje worden gestoken) |
TabletUnidosePacket | Simple | TabletUnidosePacket | Nee | 1 | N | 0= voor de maaltijd 1= tijdens de maaltijd 2= na de maaltijd Is voor dit medicament |
PrescriptionId | Simple | VoorschriftId | Nee | 30 | N | Id van het voorschrift |
StartTreament | Simple | StartPosologie | Nee | 8 | N | YYYYMMDD |
StopTreatment | Simple | StopPosologie | Nee | 8 | N | YYYYMMDD |
Administrations | Complex Zie 2.2.6. |
| Ja |
|
|
|
2.2.6 Administrations (Toedieningen)
Sectie noodzakelijk: ja
Beperking: komt 1x voor per product
Uitleg: Lijst van de te verpakken medicatie
Fieldname | Type | Nederlands | verplicht | max. Lengte | Type | Beschrijving |
Administration | Complex, zie 2.2.7 |
| Nee |
|
|
|
2.2.7 Administration
Sectie noodzakelijk: Ja
Beperking: geen, kan dus meerdere keren voorkomen.
Deze sectie zal voor elk toedieningsmoment herhaald worden en dit voor de ganse periode waarvoor het bestand is aangemaakt.
Bvb. Als bestand is opgemaakt voor 7 dagen en het moet 3x daags genomen worden, dan geeft 21 lijnen.
Fieldname | Type | Nederlands | verplicht | max. Lengte | Type | Beschrijving |
Quantity | Simple | Aantal | Ja | 8 | N | Aantal eenheden dat moeten toegediend worden. Mag met 2 decimalen. Een ¼ tablet wordt 0.25 Anderhalf wordt 1.50 |
AdministrationDate | Simple | ToedieningsDatum | Ja | 8 | N | YYYYMMDD |
AdministrationHour | Simple | ToedieningsUur | Ja | 4 | N | HHMM |
[1] Voor een rusthuis wordt het RIZIV-nummer gebruikt. De lengte is variabel (afhankelijk van het type) en moet met voorloopnullen opgevuld worden tot 16 posities. Voor een apotheek wordt het APB-nummer gebruikt. De lengte is 6 lang en wordt met 5 voorloopnullen opgevuld tot 11 posities.
0 Comments